Schaal en betrokkenheid, democratie in de kern

Verslag van de bijeenkomst gehouden op 5 november 2020

Na een corona-stop van ruim een half jaar wordt op 5 november de serie bijeenkomsten ‘Thorbecke 2030 – toekomstagenda voor de vernieuwing van de lokale democratie' – corona-proof voortgezet in Sneek. Deze stad maakt, samen met vijf andere steden en 83 dorpen, sinds de herindeling van 2011 onderdeel uit van de gemeente Súdwest Fryslân. Samen 90 duizend inwoners, en in oppervlakte (908 km2) de grootste gemeente van Nederland. Daarmee is het de perfecte locatie voor het onderwerp van deze bijeenkomst: ‘Schaal en betrokkenheid, democratie in de kern’.

'Alles is participatie, maar participatie is ook niet alles'

In het uit 1540 stammende rijksmonument Waltastins aan de Marktstraat, onderdeel van het Sneker gemeentehuis, is duidelijk te zien dat deze bijeenkomst in de Thorbecke 2030-reeks een online-evenement is. Twee technici houden zich schuil achter een zwarte wand, camera’s zijn gericht op drie statafels en op dagvoorzitter Marianne van den Anker. Terwijl de eerste deelnemers online inloggen, legt zij uit dat er, behalve geluisterd, door de deelnemers ook onderling kan worden gechat en getwitterd. Verder gaat een aantal keren een poll rond. En er kunnen vanzelfsprekend vragen worden gesteld over de onderwerpen die in het panelgesprek aan bod komen. Bijvoorbeeld aan Mirjam Bakker, wethouder in de gemeente Súdwest Fryslân.


Kernenbeleid

‘We organiseren de betrokkenheid van onze bewoners via het zogenaamde kernenbeleid’, vertelt ze. ‘Hierin staan contactambtenaren centraal. Zij pikken via de besturen van lokale stads-, dorps- en wijkbelangen op wat er leeft in een kern. Daarmee gaan ze vervolgens binnen het gemeentelijk apparaat op zoek naar collega’s die hierin iets kunnen betekenen.’ Daarnaast hebben de contactambtenaren onderling veel contact, zodat ideeën uit verschillende kernen breed worden gedeeld.

Rodney Weterings, bestuurskundige en voormalig wethouder in Den Bosch en Tilburg, herkent het principe van de Friese contactambtenaren. ‘Wijkambtenaren, zoals bijvoorbeeld in Rotterdam begin van deze eeuw, functioneerden op vergelijkbare wijze. Zo’n man of vrouw stond veel dichter bij de bevolking dan de gemeenteraadsleden.’



Poll:

Zou de contactambtenaar iets zijn voor uw eigen gemeente?


85% zegt dat zeker te zien zitten, of heeft al iets dergelijks georganiseerd.


Weterings is mede gevraagd om met regelmaat de knuppel in het hoenderhok te gooien deze middag. Iets waar hij zijn hand niet voor omdraait: ‘Achter het samenspel met bewoners zitten vanuit de gemeente soms valse motieven. Als eerste blijft het vaak bij woorden. En bovendien kan het een vorm van repressieve tolerantie die de scherpe kantjes van het verzet afhaalt en voornamelijk beoogt om draagvlak te krijgen voor de eigen beslissingen.’

Schijnparticipatie

Bakker haakt aan en stelt dat je betrokkenheid en participatie goed moet monitoren: ‘Verwachtingsmanagement is hierbinnen heel belangrijk. Geef van tevoren duidelijk de kaders aan waarbinnen de participatie zich beweegt. Vertel bijvoorbeeld dat, ondanks de mening van de wijk- of het dorpsbewoners, de gemeenteraad uiteindelijk toch anders kan beslissen.’ Schijnparticipatie ziet ze als een groot gevaar: ‘Wanneer je die kaders niet of slecht communiceert, haken burgers uit teleurstelling of boosheid af. En die krijg je dan nooit meer terug.’

Daar voegt historicus Geerten Waling, co-auteur van het boek over lokale democratie Gemeenten in de genen, aan toe dat bewonersparticipatie als oplossing niet overschat moet worden. De groep die zich hiervoor engageert is meestal geen afspiegeling van alle burgers: ‘Uiteindelijk zijn het bijna altijd de usual suspects, de witte, wat oudere, goed opgeleide mannen, die eraan meedoen.’ Weterings heeft daar een mooi woord voor: ‘De participatie-elite.’

Participatieverlof

Los daarvan zijn de participatiemogelijkheden niet onbeperkt, weet Bakker: ‘Het is heel goed bruikbaar bij een onderwerp als leefbaarheid in de wijk. Maar voor grote thema’s als veiligheid of de komst van een azc, waarbij er vaak sprake is van tegengestelde belangen, is het eigenlijk niet geschikt.’ Bij kleine, dicht bij huis thema’s wordt meepraten en meebeslissen dan weer overdreven, vindt Weterings: ‘Ik wil wel een pleidooi houden voor minder participeren. Ik heb weleens een man op een bijeenkomst in zijn buurt een vurig verlangen horen uitspreken naar participatieverlof. Dit nadat hij om zijn mening werd gevraagd over vier verschillende onderwerpen rondom het speeltuintje in zijn buurt. Zo creëer je geen betrokkenheid of nabijheid, maar burgerschapsburn-outs.’

Veiligheid

Door schaalvergroting neemt de afstand tussen politiek en bewoners ontegenzeggelijk toe. Om dat zoveel mogelijk te beperken, zul je jezelf als lokaal bestuur zichtbaar moeten maken, de politiek naar de mensen brengen. ‘Organiseer bijvoorbeeld je raadsvergaderingen steeds op verschillende plekken in je gemeente’, oppert Waling. Weterings maakte in Den Bosch mee dat de veiligheid in de stad in cijfers objectief daalde, maar dat tegelijkertijd subjectief het gevoel van onveiligheid toenam. ‘Dat gevoel konden we alleen wegnemen door de wijken erbij te betrekken, door ervoor te zorgen dat we ambtenaren hadden die dicht bij de mensen stonden. Kennen en gekend worden, zo werkt het.’

Waling merkt op dat het geen goed idee is om de focus zo expliciet op participatie te leggen: ‘Dat kan ten koste gaan van de gemeenteraad. Het is tegenwoordig ook in de lokale politiek bon ton om voor veel beslissingen alle belanghebbenden, de stakeholders, erbij te betrekken en mee te nemen in het overleg. Prima om betrokkenheid te faciliteren, maar schakel de representatieve politiek niet uit. Elke gemeenteraad is al de democratische vertegenwoordiging van de bewoners.’ Hij hoopt daarnaast dat gemeenteraadsleden wat meer zelfvertrouwen kweken: ‘Ze kijken vaak naar de burger en zijn benieuwd naar wat hij of zij ergens van vindt. Maar ze zijn zelf net zo goed inwoners, mensen, die midden in de samenleving staan.’

Poll:

Moet er structurele aandacht zijn voor betrokkenheid?


Twee derde van de online deelnemers zegt ja, een derde zegt nee.

Weterings heeft te doen met gemeenteraadsleden: ‘Kinderen in een draaimolen denken dat ze hun autootje of paardje zelf besturen, maar in wezen draaien ze gewoon mee met de molen. Zo moeten gemeenteraadsleden zich ook vaak voelen: B&W beslist, raadsleden zijn soms relatieve buitenstaanders.’

'B&W beslist, raadsleden zijn
soms relatieve buitenstaanders'

Rodney Weterings



Over de schutting gooien

De in Nederland op grote schaal doorgevoerde schaalvergroting zorgt niet voor meer efficiëntie, heeft Waling onderzocht. ‘Dat effect is nihil. Bij verkiezingen zie je bovendien een tijdelijke daling van de opkomst in fusiegemeenten omdat de verbinding minder wordt gevoeld.’ Wetering rakelt de herinnering aan de gedwongen “annexatie” van Rosmalen op, in 1995. ‘Dat zijn ze daar nu nog niet vergeten. Schaalvergroting knelt altijd.’ Toch kan het volgens hem tevens een oplossing zijn. ‘Dat heeft te maken met de grote uitdagingen waar gemeenten binnen het sociale domein voor staan. De dorpen Nuland en Vinkel zagen een aantal jaren geleden aansluiting bij Den Bosch juist als dé manier om, profiterend van de kennis van de grote gemeente, het dorpse gemeenschappelijke te kunnen behouden.’ Bakker ziet dat net zo: ‘Zonder de expertise van lokale bestuurders in kleine kernen tekort te willen doen, lijkt het me evident dat een grotere gemeente beter is toegerust voor de grote opgaven die voor ons liggen.’ Waarna Waling het kabinet oproept om eens te stoppen met het over de schutting gooien van van alles en nog wat in de tuintjes van het lokale bestuur.

Poll:

Is de schaalvergroting doorgeslagen?


Twee derde van de respondenten meent dat dit daadwerkelijk het geval is, een derde vindt van niet.

Animo

Vervolgens is het de beurt aan vragen van de online-deelnemers. Die, los van wat er al eerder aan interactieve vragen aan Bakker, Weterings en Waling werden gesteld, ook onderling veel uitwisselden. Hans Kennepohl, projectsecretaris Nederlands Gesprek Centrum, volgde de bewegingen online: ‘Op het hoogtepunt hadden we vandaag 152 deelnemers. Belangrijker en opvallender dan dit aantal vond ik de animo om elkaar met tips te helpen, bijvoorbeeld in de chat. Weesp kwam voorbij als goed voorbeeld van het organiseren van betrokkenheid, net als Heerhugowaard. Er werden volop websites en telefoonnummers met elkaar gedeeld.’

Transparantie

Daar sluit een laatste vraag over digitalisering mooi op aan. Zou dit de betrokkenheid en de participatie van burgers kunnen vergroten? De drie panelleden denken van wel: het is laagdrempelig, past goed bij de huidige tijd en kan schimmige deals in rokerige achterafkamertjes voorkomen. Kortom, het kan voor meer openheid zorgen. Een goede zaak, vindt ook Waling: ‘Inzicht krijgen in bijvoorbeeld het stemgedrag van gemeenteraadsleden, zou een goed gebruik van digitalisering kunnen zijn. Dat zorgt niet alleen voor transparantie, maar versterkt ook de binding tussen kiezer en raadslid.’

Bekijk hieronder het hele debat terug

Deel deze pagina: